SV | Toen zeide David tot Abjathar: Ik wist wel te dien dage, toen Doeg, de Edomiet, daar was, dat hij het voorzeker Saul zou te kennen geven; ik heb oorzaak gegeven tegen al de zielen van uws vaders huis. |
WLC | וַיֹּ֨אמֶר דָּוִ֜ד לְאֶבְיָתָ֗ר יָדַ֜עְתִּי בַּיֹּ֤ום הַהוּא֙ כִּֽי־שָׁם֙ [דֹּויֵג כ] (דֹּואֵ֣ג ק) הָאֲדֹמִ֔י כִּֽי־הַגֵּ֥ד יַגִּ֖יד לְשָׁא֑וּל אָנֹכִ֣י סַבֹּ֔תִי בְּכָל־נֶ֖פֶשׁ בֵּ֥ית אָבִֽיךָ׃ |
Trans. | wayyō’mer dāwiḏ lə’eḇəyāṯār yāḏa‘ətî bayywōm hahû’ kî-šām dwōyēḡ dwō’ēḡ hā’ăḏōmî kî-hagēḏ yagîḏ ləšā’ûl ’ānōḵî sabōṯî bəḵāl-nefeš bêṯ ’āḇîḵā: |
Toen zeide David tot Abjathar: Ik wist wel te dien dage, toen Doeg, de Edomiet, daar was, dat hij het voorzeker Saul zou te kennen geven; ik heb oorzaak gegeven tegen al de zielen van uws vaders huis.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Toen zeide David tot Abjathar: Ik wist wel te dien dage, toen Doeg, de Edomiet, daar was, dat hij het voorzeker Saul zou te kennen geven; ik heb oorzaak gegeven tegen al de zielen van uws vaders huis.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!